Van negatieve naar positieve leesspiraal

Deel

Leestijd: 7 minuten

Voor veel leerlingen vormt lezen een uitdaging. Wanneer lezen niet vanzelf gaat dan is er de kans dat lezen steeds negatiever wordt ervaren. Een negatieve leesspiraal ontstaat wanneer leerlingen negatieve ervaringen opdoen met lezen, bijvoorbeeld door moeite met leesvaardigheden of door weinig positieve rolmodellen om zich heen te hebben. Deze negatieve ervaringen leiden vaak tot een vermijdende houding ten opzichte van lezen, wat verdere achterstanden veroorzaakt en een dalend zelfvertrouwen met zich meebrengt. Omgekeerd kan een positieve leesspiraal – waarin lezen als plezierig en waardevol wordt ervaren – niet alleen leesvaardigheden verbeteren, maar ook het zelfvertrouwen en de motivatie van leerlingen vergroten. Dit artikel onderzoekt hoe een negatieve leesspiraal ontstaat, de gevolgen ervan voor leerlingen, en biedt strategieën om deze om te buigen naar een positieve leesspiraal. (Zie ook dit artikel over het Mattheüs-effect).

Wat is een negatieve leesspiraal?

Een negatieve leesspiraal verwijst naar een vicieuze cirkel waarin een leerling negatieve gevoelens over lezen ontwikkelt en lezen actief vermijdt. Dit leidt tot een gebrek aan leeservaring, waardoor de leesvaardigheid verder achterblijft. Het beperkte oefenen met lezen versterkt de problemen, waardoor de leerling nog meer onzeker en ongemotiveerd raakt. Deze spiraal van vermijding en gebrek aan oefening zorgt ervoor dat de leerling steeds meer moeite heeft met lezen en er zelfs angstig of gefrustreerd over kan worden.

Oorzaken van een negatieve leesspiraal

Er zijn verschillende factoren die bijdragen aan het ontstaan van een negatieve leesspiraal:

  1. Gebrek aan succeservaringen: Wanneer leerlingen zelden succes ervaren tijdens het lezen, bijvoorbeeld doordat ze moeite hebben met woordherkenning of begrijpend lezen, ontstaat snel een negatief gevoel over hun leesvermogen. Het uitblijven van succeservaringen vermindert hun motivatie om door te gaan.
  2. Moeite met leesvaardigheden: Leerlingen die moeite hebben met basisleesvaardigheden zoals klankherkenning, zinsopbouw en leesbegrip, lopen extra risico op het ontstaan van een negatieve leesspiraal. Hun problemen met lezen zorgen ervoor dat zij langzaam lezen en moeite hebben om de tekst te begrijpen.
  3. Gebrek aan aansprekend leesmateriaal: Wanneer het leesmateriaal in scholen niet afgestemd is op de interesses of belevingswereld van leerlingen. Het ontbreken van boeiende teksten kan ervoor zorgen dat lezen als een saaie of betekenisloze activiteit wordt ervaren.
  4. Externe druk of faalkans: Leerlingen die op jonge leeftijd geconfronteerd worden met externe druk om te presteren, ontwikkelen vaak negatieve gevoelens ten opzichte van lezen. Voor sommigen betekent hardop lezen voor de klas bijvoorbeeld een hoge faalkans, wat het zelfvertrouwen en de motivatie schaadt. (Zie ook dit artikel over leesangst.)
  5. Vergelijking met andere leerlingen: Wanneer leerlingen zichzelf vergelijken met anderen die beter lezen, ontstaat snel een negatief zelfbeeld. Deze vergelijking versterkt gevoelens van onzekerheid en draagt bij aan de negatieve leesspiraal.

Implicaties van een negatieve leesspiraal voor leerlingen

Een negatieve leesspiraal kan ernstige gevolgen hebben voor de academische en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen:

  1. Verminderde taal- en leesvaardigheid: Aangezien leerlingen in een negatieve leesspiraal lezen vermijden, missen zij cruciale leeservaringen en oefening. Dit belemmert hun taalontwikkeling en vergroot de kloof met leeftijdsgenoten.
  2. Laag zelfbeeld en minder zelfvertrouwen: Leerlingen in een negatieve leesspiraal ontwikkelen vaak een laag zelfbeeld met betrekking tot hun leesvaardigheid. Dit gebrek aan zelfvertrouwen kan overslaan naar andere academische gebieden, wat een brede impact heeft op hun schoolprestaties en welzijn. Omdat lezen op veel plaatsen terugkomt kan dit relatief snel grote vormen aannemen.
  3. Beperkte academische prestaties: Lezen is essentieel voor vrijwel elk schoolvak. Een beperkte leesvaardigheid beïnvloedt het vermogen om teksten te begrijpen en vragen te beantwoorden, wat leidt tot lagere prestaties in verschillende vakken.
  4. Verhoogd risico op ontwikkeling van lees- en leerproblemen: Door de verminderde leeservaring is er een verhoogd risico dat leerlingen uiteindelijk ernstige leerproblemen ontwikkelen. Het merendeel van de leerlingen vindt, met een beetje hulp, meestal wel de eigen weg uit de negatieve spiraal. Hoe eerder de negatieve spiraal onderkend wordt en hoe effectiever de interventies hoe lager het risico op uitdagingen op latere leeftijd.

Van negatieve naar positieve leesspiraal: effectieve strategieën

Hoewel een negatieve leesspiraal moeilijk te doorbreken lijkt, zijn er diverse interventies en strategieën die kunnen helpen om leerlingen te motiveren en een positieve leesspiraal op gang te brengen. Hieronder worden enkele effectieve strategieën besproken.

  1. Creëer een succeservaring: Succeservaringen zijn de sleutel om leerlingen weer vertrouwen in lezen te geven. Dit kan worden bereikt door eenvoudigere teksten aan te bieden die aansluiten bij het leesniveau van de leerling, zodat ze succes ervaren zonder dat de tekst te uitdagend is. Positieve feedback en het erkennen van kleine successen spelen hierbij een belangrijke rol. Leerlingen vinden het heerlijk om een boek uit te lezen of wanneer de pagina’s voorbij vliegen. Boeken met veel plaatjes en spannende verhalen helpen hierbij (zie ook dit artikel over de toegevoegde waarde van stripboeken).
  2. Aansluiten bij interesses van de leerling: Door leesmateriaal te kiezen dat past bij de interesses en belevingswereld van de leerling, kunnen leerkrachten en ouders lezen aantrekkelijker maken. Stripboeken, verhalen over hobby’s, of actuele onderwerpen kunnen de aandacht trekken en het leesplezier vergroten. Het aanbieden van variatie in genres en onderwerpen draagt hier ook aan bij.
  3. Geef keuzevrijheid: Keuzevrijheid is een belangrijke factor voor intrinsieke motivatie. Door leerlingen zelf boeken of verhalen te laten kiezen, krijgen zij een gevoel van controle en verantwoordelijkheid over hun leesproces. Deze autonomie kan een positieve invloed hebben op hun leeshouding en de motivatie om verder te lezen. Geef leerlingen dus ook de ruimte om boeken weg te mogen leggen of niet helemaal uit te lezen.
  4. Gebruik van technologische hulpmiddelen: Moderne technologie biedt nieuwe mogelijkheden om lezen interactief en toegankelijker te maken. Denk aan luisterboeken, e-books, en apps die ondersteuning bieden bij het lezen. Deze hulpmiddelen bieden een alternatief voor traditionele leesmethoden en kunnen lezen aantrekkelijker maken voor leerlingen.
  5. Werk met groepslezen of leeskoppels: Samen lezen kan een positieve leeservaring creëren. Door leerlingen in paren of groepen te laten lezen, wordt lezen een sociale activiteit die minder druk met zich meebrengt. Het observeren van andere lezers kan bovendien inspirerend werken en een voorbeeldfunctie vervullen. Groepslezen kan ook voor meer interactie en plezier zorgen. Geef leerlingen met leesweerstand of leesangst hierbij de ruimte om zich wat meer op de achtergrond te houden.
  6. Leerkracht als positief leesrolmodel: Leerkrachten en ouders hebben een belangrijke rol als leesrolmodel. Wanneer volwassenen lezen als een plezierige en waardevolle activiteit demonstreren, verhoogt dit de kans dat leerlingen deze houding overnemen. Docenten kunnen bijvoorbeeld regelmatig voorlezen, boekentips geven of zelf zichtbaar lezen, wat kan bijdragen aan een positieve houding bij leerlingen.
  7. Stimuleer zelfstandig lezen en reflectie: Zelfstandig lezen geeft leerlingen de ruimte om op eigen tempo en zonder druk te oefenen. Door na het lezen te reflecteren of de tekst kort te bespreken, kunnen zij bovendien leren hun eigen voortgang te waarderen. Het stellen van open vragen over het boek helpt om de leerling na te laten denken en zich meer verbonden te voelen met het verhaal. Richt je daarbij meer op de ervaring van het lezen en minder op de inhoud. (Zie ook dit artikel over het praten met kinderen over boeken.)

Een negatieve leesspiraal kan gevolgen hebben voor de leesvaardigheid, het zelfvertrouwen en de academische prestaties van leerlingen. Door negatieve ervaringen en de bijbehorende vermijding blijft de leerling achter in taalontwikkeling, wat de spiraal versterkt en het risico op blijvende leesproblemen verhoogt. Gelukkig kunnen gerichte interventies en strategieën helpen om deze negatieve spiraal om te buigen naar een positieve leesspiraal.

Door succeservaringen te creëren, aansluiting te vinden bij de interesses van de leerling, autonomie te geven en gebruik te maken van technologie, kunnen ouders en docenten bijdragen aan een positieve houding ten opzichte van lezen. Deze aanpak bevordert niet alleen de leesvaardigheid, maar ook het zelfvertrouwen en de intrinsieke motivatie van leerlingen. Leerlingen kunnen zelf nog niet overzien wat de impact is van gebrekkige leesvaardigheid. De hulp van volwassenen is hierbij geboden.

Ook leuk

Artikelen

Hoe wordt een kind een lezer?

Wat kun je als leerkracht of ouder doen om het leesvlammetje in je kind(eren) aan te wakkeren? Chambers geeft een praktisch antwoord. Eenvoudig en behulpzaam.